woensdag, december 29, 2010

Een paar stappen terug.


Mijn onder-de-kerstboomboek was 23 Dingen die ze je niet vertellen over het kapitalisme. 23 manieren om aan te tonen dat we in het vrije marktdenken te ver zijn doorgeschoten. Belangrijke heilige huisjes worden ontrafeld en op zijn minst van hun onomstreden voetstuk gehaald. Uiteindelijk komt de auteur Ha-Joon Chang tot 8 principes om te voorkomen dat de economie verder afremt, de ongelijkheid en onveiligheid wordt vergroot en frequentere financiële crises plaatsvinden.

Denk Vrije markt, maar denk met mate.
Erken dat de menselijke rationaliteit beperkt is.
Haal het beste ipv het slechtste in de mens naar boven.
Besef dat mensen niet altijd betaald krijgen wat de "verdienen".
We moeten "dingen maken" serieuzer nemen en beseffen dat de "post-industriële" kenniseconomie een mythe is.
We moeten een beter evenwicht organiseren in dynamiek van de financiële wereld en de reële activiteiten.
De overheid moet groter en actiever worden.
Ontwikkelingslanden moeten "oneerlijk" worden voorgetrokken.


Een paar zaken bevestigden mijn eigen opvatting een aantal waren ook nieuw. Met name de gedachten over onderwijs en het beperkte belang daarvan voor de kenniseconomie stonden haaks op mijn gevoel. Chang legt overtuigend uit dat Technologisch hoger ontwikkelde Diensteneconomieën in feite misschien minder opgeleide mensen nodig hebben. In Ding 17 betoogt Chang:
Wat rijke landen van armen onderscheidt is veel minder hoe goed hun burgers zijn opgeleid dan hoe goed hun burgers zijn georganiseerd in collectieve grootheden met een hoge productiviteit. De ontwikkeling van deze bedrijven vereist de ondersteuning van een reeks instituties die investeringen en het nemen van risico's aanmoedigen: beschermend handelsregime, geduldig kapitaal, tweede kans gevend faillissementswetgeving en verzorgingsstaat, subsidies en reguleringen met betrekking tot onderzoek en ontwikkeling en training, enzovoort....
Kortom een interessant boek, goed om wat dingen ook eens van de andere kant te bekijken en in een historisch perspectief te plaatsen.

maandag, december 27, 2010

Verbeterde Wereld, begint bij 2011


En toen werd ineens alles anders. Waren we ervan overtuigd dat het anders moest, werd het opeens anders anders. Het werd eigenlijk precies zoals we dachten dat het niet moest. We dachten dat we geleerd hadden: geen Links/Rechts maar samen werken aan duurzaam, verdraagzaam, vertrouwen, consuminder, transparanter, minder regels, samen met en dichter bij de burger. Maar we kregen niets van dat alles. Of nog erger alles van dit niet.

Diagnose: Geen verhaal, de secularisatie had ook de linkse kerk in haar ban. Al wilde men alles graag behouden wat deze kerk tot stand had gebracht, het verhaal voor de toekomst werd gewantrouwd. Eenmaal verworden tot welvarend en vergenoegd consument koesterende men bij naderend slecht weer de bereikte waarden.

Wake Up. 2011 is vernieuwd, niets is meer zeker en daar waar Rechts alleen op de bezuinigingstrom roffelt en Linkse hobby's als dankbaar slachtoffer opdoekt, zal Links zich moeten gaan herbezinnen:

Van Verzorgingsstaat naar Ondersteuningsstaat, ondersteunen van ontwikkelen, ontplooien en onttakelen.
Van Verheffen naar Verzelfstandigen: eigen kracht ipv eigen schuld,
Van levenslange subsidie naar overbruggingskrediet,
Van Risicomijdend en damage control naar preventie waar mogelijk en risico accepterend waar niet anders kan.
Van briefkaart op de eerste rang naar Eerlijke prijs

We zijn in een fuik gelopen en alleen door een paar passen terug te gaan kunnen we de goede weg weer vinden. In een veranderende wereld is doldriest doorgaan heilloos en stilstaan ondergaan.

Elke maatregel, elke wetmatigheid moet met Gezond boeren verstand uitgedaagd worden. Waarom hebben we dit bedacht en wat doet het en willen we dat. Wat uit de hand gelopen is moet simpeler en dat bereiken we niet door her en der wat weg te snoeien. Om in een andere richting te groeien moet bij de wortel worden begonnen. Geen kapmes of snoeischaar, maar de schop moet in de grond.

Links en ik ben niet de enige die dat denkt, moet een paar stappen terug en opnieuw met de kennis van nu een nieuwe overtuigende aanpak bedenken.

We hebben elkaar allemaal nodig, iedereen die inziet dat we op een doodlopend pad zijn geraakt moge zich bundelen en ipv te hoop lopen tegen dit kabinet komen met een meer overtuigend en toekomstvaster verhaal. Want dat is de echte reden voor waar het in 2010 misging.

zondag, december 19, 2010

Leiders gezocht.




Voor degene die deze interessante serie gemist hebben, zij kunnen nog terecht op internet. Vanavond is de laatste aflevering op TV. Vorige week werd een interessant idee uit de doeken gedaan. Je creëert een interne markt voor de projecten je gaat doen en laat de mensen bieden: voor hoeveel geld of bonuspunten ben je bereid deze klus op je te nemen. de bonus punten bepalen dan je prestatiebeloning. Iedereen snapt dan hoe iemand aan zijn prestatiebeloning komt en kan er zelf invloed op uitoefenen. De zogenaamde k-klussen scoren veel punten. De moeite waard om hier eens verder over na te denken.

Het tweede opvallende idee kwam van het bedrijf Google. Iedereen krijgt 20% van zijn werktijd vrijaf om te besteden aan eigen ideeën. Geniaal, ook dit is een idee om verder uit te werken.

Kortom voor iedere leidinggevende of staf medewerker interessant om te bekijken.

maandag, september 13, 2010

Ik ben Dwars


In de Volkskrant van 10 september schreef Eline van Nistelrooij, voorzitter van DWARS, GroenLinkse jongeren. Ik ben al jaren lid van de PvdA met eigenlijk maar een doel, aan te pakken waar deze Groenlinkster de vinger op legt: "Een volgende coalitie moet samenbinden met links én rechts. Samen een antwoord vinden op de problemen waar we voor staan: een begrotingstekort waar je u tegen zegt, een woningmarkt die op slot zit, een arbeidsmarkt die mensen eerder thuis houdt dan activeert, een pensioenstelsel dat niet duurzaam is, kwaliteit van onderwijs die achteruit holt, groene subsidieregelingen die meer kwaad dan goed doen en een sterk gepolariseerd debat over etniciteit en religie. Een hervormingsgezinde coalitie, met partijen zowel van de linker als van de rechter flank, kan deze problemen duurzaam aanpakken." Lux Voor is back!
"En," vervolgt ze, " dat is in mijn optiek ook de taak waar politici voor gekozen worden: om díe keuzes te maken die de kiezer zelf niet kan (MB: of wil) overzien."
Aan vooral ook mijn partij doe ik de oproep niet af te wachten op waar ze te hoop tegen kan lopen, maar met iedereen die bovenstaande problematiek niet wil negeren een nieuwe allesomvattende visie in gewone mensen taal te ontwikkelen om uiteindelijk een aanvaardbaar perspectief te bieden.

Weer lekker gedrumd met de collega's

zondag, augustus 29, 2010

maximalisering van welvaart door rationalisatie

Rik Smits schreef een boeiend artikel in de Volkskrant over de menselijke maat, over teloorgang van intermenselijk contact en over Kafka'se trekken in "...een maatschappij die doorschiet in het eenzijdig streven naar maximalisering van welvaart door rationalisatie. Een verlangen naar het herstel van de menselijke maat en het directe menselijke contact in het maatschappelijk verkeer". Een prima verhaal, en exact de reden waarom ik niet op een partij als de VVD stem. Na Pim Fortuin heb ik me aangesloten bij de PvdA. Deze partij is bij uitstek in staat de dwaling van Paars en de eerste kabinetten van Balkenende, te erkennen en recht te zetten. De opdracht van de PvdA was hier met Bos een nieuwe menselijkere draai aan te geven. Dat is mislukt. De PvdA kan zich een dergelijke mislukking niet nog een keer veroorloven en moet wachten op het moment dat iedereen voelt dat bovenstaand waar is en dat we of de overheid meer moeten betalen om zijn taak op een meer menselijke manier te laten uitvoeren (de linkse weg) of het geld maar beter helemaal in de knip te houden (de rechtste weg). Ik ben er van overtuigd dat PVV-kiezers uiteindelijk de linker weg beter zal bevallen, maar die rationalisatie wordt nu even niet gewaardeerd, de hoofden zijn er nog niet rijp voor. Maar ook de politiek heeft nog geen volwassen en geloofwaardig antwoord. Dat de PVV stemmers echt geloven in het verhaal van Smit lijkt me onwaarschijnlijk, zoniet onzin. Zij willen oplossingen die werken. Ik blijf van mening dat de linkse partijen om een verbond te sluiten en een alternatief plan voor de toekomst te maken, dat geloofwaardig is en uitiendelijk de harten ipv de hoofden van de mensen kan winnen.

dinsdag, augustus 10, 2010

Binnen de Huid, eindelijk gelezen.

Vakantie, dus eindelijk tijd om Voskuils laatste boek te lezen. Het was de moeite waard om die even te laten liggen. Het gat tussen Bij nader inzien en Het Bureau werd ruimschoots gevuld door dit meer wetenschappelijk dan literair meesterwerk. Binnen het brein speelt zich een wereld af waarbij ik me veel kan voorstellen. Wonderlijk is dat Voskuil geen onderschied maakt tussen verliefd en houden-van. Zou dat bij de 60-er jaren horen?

zondag, juli 04, 2010

De burger gezien als producent van de duurzame samenleving.


Het gaat hier dit keer niet om het milieu. Esther-Mirjam Sent is hoogleraar economie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en Co Verdaas is PvdA- gedeputeerde van de provincie Gelderland, zij sloegen afgelopen zaterdag de spijker op de kop en introduceerden en passant het motto voor Paar Plus. De Burger als producent van de samenleving.

Hier het concluderend slot van het artikel dat mij uit het hart is gegrepen.

Een duurzame samenleving vraagt van het onderwijs om aandacht voor het ontwikkelen van waarden en het vermogen daarop te reflecteren. Zo kan de maatschappij (lees: burgers onderling) een beroep doen op het zelfreflecterende vermogen van de burger. Deze is geen consument, maar eerst en vooral medeproducent van de samenleving. En deze burger zal moeten accepteren dat complexiteit en onzekerheid de basis zijn van onze samenleving, dat risico’s tot op zekere hoogte bij het leven horen en dat we de toekomst maken door te handelen en niet door te procederen.

Een duurzame samenleving vraagt van het bedrijfsleven om aandacht voor de lange termijn. Dit hoeft zeker niet te botsen met het baatzuchtige eigenbelang van ondernemingen. Het nodigt vooral uit om verder te kijken dan successen op de korte termijn. De olieramp in de Golf van Mexico is, hoe rampzalig ook, een voorbeeld. Dit ongeluk, veroorzaakt door het kortetermijnstreven naar winstmaximalisatie, kan op termijn immers wel eens het einde van BP betekenen. Een duurzame organisatiestruc- tuur doet ook een beroep op de verantwoordelijkheid van de medewerkers. Deze worden zo medeschepper van waarden die in een bedrijf actueel zijn. Overigens dragen ook burgers medeverantwoordelijkheid voor deze cultuuromslag in het bedrijfsleven: zij nemen producten af, ook die van BP.

Een duurzame samenleving kan niet gestoeld zijn op angst en onbehagen. We hebben onszelf steeds verder ingekapseld in een net van regels en toezicht in onze uitzichtloze beheerszucht. Dit zelf gesponnen web ontneemt daarnaast ook nog het zicht op de weg naar een duurzame toekomst. Het is tijd dat we dit web afschudden. We moeten onszelf radicaal ontorganiseren en ontregelen. Alleen dan kan een duurzame toekomst dichterbij komen.

zaterdag, juni 26, 2010

Formeer twee kabinetten: geef de keus aan de kiezer

Verkennende gesprekken, eerst met die, dan met de ander, vice versa. Het gaat al een paar weken zo en gaat vast nog wel even door. Uiteindelijk komt er iets uit waar niemand over tevreden zal zijn, en al helemaal niet de kiezer. Tijd voor een ander Idee.

Waarom formeren we niet twee kabinetten en laten we de kiezer uiteindelijk kiezen. Niet opnieuw naar de stembus voor de Tweede Kamer, maar opnieuw naar de stembus, zeg maar in presidentsverkiezingstermen gesproken: de tweede ronde; op zoek naar een kabinetsbeleid dat het beste past bij wat de kiezer heeft bedoeld met zijn gemeende, protest, principiele of strategische stem.

Het idee laat je niet los. Je ziet parallellen in het bedrijfsleven. Daar worden vaak concurrerende ontwerpteams aangezet tot innovatieve producten. En zeker als je hoort dat er eigenlijk maar twee opties zijn, en de ene optie door Rutte en de ander door Cohen als veruit favoriet wordt bestempeld, groeit de relevantie van het idee.

Maar, helaas een kink in de kabel. De partijleiders willen niet met elkaar praten over rechts, en maar gedeeltelijk over links. Wat dreigt: een flets middenkabinet, inderdaad, stilstand en zoals iemand in de pers zei, een verschansing van de gevestigde partijen. Een wij zijn toch zo vernieuwend!

Maar er gloort weer hoop. Mijn voorstel richt zich op de ontwikkeling van twee kabinetten, met aansprekende namen, waarin we vertrouwen kunnen hebben en die beide een andere, maar wel duidelijke richting kiezen. Waardoor stilstaan wordt vermeden en het beste in iedereen naar boven kan komen. We richten een 5-tal beleidsterreinen in en geven mandaat aan een beoogd bewindsman die we dat terrein toevertrouwen. Rutte en Cohen bewaken de grote lijnen en organiseren een kamermeerderheid achter de ontwikkelde plannen. Ze zijn in mijn visie gewoon beoogd premier. Er is een vaste tijdlijn, begin Augustus moeten de stukken naar het CpB en alle andere planbureaus teneinde een solide verhaal te kunnen presenteren aan de Tweede Kamer.
Ook de PVV zal met een vertrouwen wekkend persoon moeten komen wil het CDA in een kabinet gaan geloven over rechts.

Het debat in de Rode Hoed over de vorming van een kabinet leek mij de kans om mijn idee alsnog te ventileren. Genoeg problemen werden opgesomd waar mijn idee in zou kunnen helpen: De dame en heer debaters roepen meer vragen op dan antwoorden:

- hoe nemen we de kiezer serieus, zonder onmiddellijk anti islam-Wilders te omarmen,

- hoe kan het CDA met Wilders praten zonder dat ze hun huid duur verkopen of zelf het slachtoffer worden,

- hoe kan snelheid worden gemaakt en een mandaat bij de kiezer worden verkregen.

- hoe beschadigd komt Rutte door een rondje PVV om vervolgens met de PvdA te moeten onderhandelenen dan weer terug

- hoe voorkomen we dat er uiteindelijk een ideeenarm nationaal kabinet komt

- hoe garanderen we dat we de kiezer niet verder vervreemden en een logische afstraffing over x jaar.

- hoe voorkomen we dat we een dichtgespijkerd akkoord krijgen, waardoor de politiek voor de komende jaren vast zit.

- hoe geven we links en rechts een eerlijke kans om duidelijk te maken wat ze met dit land willen.

Tja, mijn idee is zo gek nog niet, maar dat even in twee zinnen uit de doeken doen, daar ben ik geen held in.

Ja de VVD dan, hoor ik mezelf en u denken. Die hoort in beide kampen thuis en zal twee of vier bewindslieden moeten vrijmaken om in beide ontwerp teams zoveel mogelijk van haar ideeën te verwezenlijken. Een Winsemius in Cohens Kabinet en een Kamp in Ruttes Kabinet, zo makkelijk kan het zijn. Uiteindelijk moet de VVD fractie achter beide voorstellen staan. Dus het is zaak om de fracties in beide formaties aangelijnd te houden. Het wordt ook voor de VVD super duidelijk uit te leggen in welke variant ze welke veer heeft moeten laten, en doordat de kiezer uiteindelijk het laatste woord heeft, kan men geen enkele partij van kiezerbedrog betichten. Het wordt voor iedere stemmer duidelijk waar en waarom wie welk kroonjuweel heeft moeten offeren ten einde en een democratische meerderheid in het parlement en de gunst van de kiezer te winnen.

Inmiddels heb ik mijn idee al naar de krant verstuurd en richting Cohen proberen te loodsen. Maar Volkskrant heeft geen plek en de Afdeling Publieksvoorlichting citeert Cohens opvattingen geventileerd aan Hare Majesteit. jammer maar helaas. Voor dit soort dromerij (eigen woorden) heeft Job geen tijd. Maar ik zie steeds meer van mijn idee terug in de media. Iemand begint over blokvormingen in Zweden, Rottenberg vertelt van een zakenkabinet, en ook Cohen wordt steeds enthousiaster over Paars plus, wil een kabinet met een verhaal oplossingen.

Volgende stap. Ik ga naar de Politieke Ledenraad. Misschien zegt Cohen iets over mijn brief anders moet ik toch maar proberen de stoute schoenen aan te trekken. Alle suggesties en bijdragen gaan in dezelfde richting. We willen links, met een verhaal. En als uiteindelijk Cohen ook nog aangeeft dat hij ook vindt dat Wilders niet inhoudelijk een kans gekregen en/of gegrepen heeft durf ik iets te zeggen. Ik denk koortsachtig na wat mijn eerste zin zal zijn. Waar draait het om. Ik gooi het op de belofte van Cohen dat hij een democratisch akkoord wil, waarbij partijen over hun schaduw heenstappen, lees de poppetjes en de macht even buiten beschouwing moeten laten. Ik roep Cohen op zijn belofte nu al in te voeren. We laten (zojuist bekend geworden) Tjeenk Willink een strategie verzinnen waarbij mijn idee min of meer ten uitvoer wordt gebracht.

Hij zal over drie dagen, de volgende aanbeveling doen aan de Hare Majesteit

Mijn advies luidt:

Formeer gelijktijdig twee alternatieve kabinetten en laat de keus aan de kiezer.
Door het gelijktijdig ontwerpen van twee alternatieve regeringsploegen en –plannen, deze voor te leggen aan Kamer én Kiezer kan nog voor Prinsjesdag een operationeel kabinet met bewindspersonen en doorgerekende begroting aan het werk zijn dat en recht doet aan de verkiezingsuitslag en nog een extra mandaat heeft van de kiezer. Deze wordt daarmee meer bij besluitvorming betrokken en stemt op wat hij krijgt.

VVD en PvdA hebben het grootste aantal zetels en zo bezien zijn Rutte en Cohen de winnaars van de verkiezingen. Ze staan voor de twee richtingen waar de kiezer zich voor heeft uitgesproken. Laat beiden gelijktijdig een kabinet formeren: VVD-PVV-CDA en VVD-PVDA-GL-D66. Gelijktijdig, want dat spaart tijd, is oplossingsgericht en minimaliseert politie tactische spelletjes! Omdat alle mogelijke coalitiepartijen hierbij zijn betrokken is een “rituele dans” om te voorkomen dat grote groepen kiezers al bij voorbaat niet serieus genomen worden overbodig.

Tijdens het WK hebben beide formateurs (Rutte en Cohen) tijd om in alle rust en naar Engels model een levensvatbaar kabinet te formeren. Gun elkaar elkaars speerpunten, zet eerst de hoofdlijnen uit, zoek de beoogd ministers, laat die hun programma’s opstellen en laat het resultaat tevens grondig doorrekenen. Ze werken met een vaste tijdslijn en in het besef dat gelijktijdig een ander ontwerpteam een alternatief kabinet voorbereid. Na het zomerreces presenteren de beide alternatieve kabinetten hun plannen in de openheid van de Tweede Kamer. Na een stevig debat krijgt de Kamer de kans ze te amenderen en worden de alternatieve kabinetten aan de kiezer voorgelegd. Het volk kiest bij referendum welk kabinet het beste bij zijn eerder uitgebrachte stem past.

Hiermee geven we een antwoord op een steeds verder "verpulverend" politiek landschap. We organiseren betrokkenheid en transparantie dat daadkracht geeft voor de noodzakelijke overheidsmaatregelen en dat de kiezer maximaal duidelijkheid geeft over wat hij wel en wat hij niet kan verwachten.

Een nieuwe regeringsploeg kan op Prinsjesdag een volwaardige doorgerekende begroting presenteren.


Mijn gedachten staan niet stil. Ook al gaat het niet geheel zo als ik hierboven beschrijf. Zelfs bij andere scenario's heeft en Rutte en Cohen baat bij het bedenken van een zo gewenst mogelijk maar haalbare collatie. Stel het alternatieve plan wordt niet gekozen of de heren in Den Haag willen niet op deze wijze aan kabinetten werken, dan nog is het alternatieve plan een prima basis voor oppositie en maakt duidelijk waar de overeenkomsten en de echte verschillen zitten.

Ik roep alle partijen, ook degene die nu even lijken buitenspel te staan, zich bijeen te scharen en te werken aan de twee alternatieve kabinetten en ontwerpregeerakkoorden. Baat het niet dan schaadt het niet. Ik roep de informateur op dit voorstel te omarmen en staatsrechtelijk mogelijk te maken opdat snel Rutte en Cohen aan de slag kunnen met hun ontwerp team.

zondag, mei 30, 2010

Wij zijn mans genoeg

De wind blaast je bijna van je fiets, het water staat ons tot onze lippen, maar het geeft niet: we zijn mans genoeg. Wij wel. Voor degene die niet in de kopgroep fietsen, voor degenen voor wie hard werken normaal is, maar de daarbij horende beloning niet. Voor degene die nog zo hun best doen maar op de verkeerde fiets zitten of op een zijpad zijn beland. Voor degene die geen brede schouders hebben, maar toch de lasten moeten dragen. Stem ik op links.

maandag, maart 01, 2010

"Verhagen weit devaan"


In Maastricht zingen we al jaar en dag dat Verhage (Sr.) van alles op de hoogte was. En een christen democratische appel valt niet ver van de boom.
En plots was er een nieuw kabinet, Trinet, Trinet, Trinet.

zaterdag, februari 27, 2010

Stem Asscher

In Amsterdam zijn er veel partijen er valt veel te kiezen. Maar ook de laatste jaren is duidelijk geworden dat maar weinig echt goede ervaren mensen voor handen zijn. De beste staat hiernaast. Ik ben trots op Amsterdam en ook al worden er fouten gemaakt, maar waar gehakt wordt vallen spaanders en wie niet waagt wie niet wint. En waarde PvdA veel valt te verwijten, en ze weet dat zelf als geen ander, behoort ze ook de credits te incasseren.

Eerlijk gezegd heb naast de PvdA nog het meeste respect voor de VVD in Amsterdam. Zij kennen het klappen van de zweep en weten een eigen visie te ontwikkelen, die ook voor de stad een goede uitwerking zal hebben.
D66, is landelijk gezien misschien wel interessant (al lijkt die partij ook maar uit een man te bestaan en tegen een man te vechten) maar D66 is in Amsterdam zeker geen reeel alternatief, wat mij betreft: Hier hebben ze maar één item: Laat de elite hun vrijheid. Alsof de PvdA degene die met vrijheid kunnen omgaan willen aanpakken?Marijke Vos en Maarten Poelgeest hebben naar mijn mening weinig waar gemaakt van hun potentie, reden waarom ik hoop op een nieuwe samenwerking in Amsterdam tussen PvdA en VVD. Zeker in tijde van crisis is het goed om het bedrijfsleven meer ruimte te geven en de linker flank van de PvdA in toom te houden. Dus mensen stem PvdA en als je dat niet ziet zitten VVD. Let wel in Amsterdam. Landelijk zou ik kiezen tussen PvdA en Groen Links. Maar daar kom ik te zijnertijd wel op terug. Reken maar.

woensdag, februari 24, 2010

Campagne: laat de beste winnen:


De campagne is begonnen. Maar ik heb geen tijd en ik heb ook zo mijn twijfels met het bombarderen van mensen met informatie. Ik twijfel zelfs soms of het niet goed zou zijn als de PvdA een keer zijn hegemonie moet prijsgeven. Maar waar ik nooit aan twijfel is aan het feit dat deze man weer in het bestuur moet komen: Lodewijk Asscher is een man naar mijn hart en ik zie niemand in de gemeenteraad ook maar een beetje in zijn buurt komen. Lees zelf dit interview/verslag van zijn nieuwe boek en je weet weer waarom je op de PvdA moet stemmen bij de gemeenteraadsverkiezingen in Amsterdam: uit Volkskrant za 23 Januari:

Op zijn best als er strijd is

De Amsterdamse PvdA-leider en wethouder Lodewijk Asscher (35) won ruim drie jaar terug het conflict tussen de gemeente Amsterdam en het Rijk over de privatisering van Schiphol, en leerde daarbij het old boys network goed kennen: ‘Zo’n Jan Kalff die door de telefoon begint te schelden.’ Begin februari verschijnt zijn boek De ontsluierde stad. Door Jaap Stam


De eerste keer dat de dienstauto de straat in reed, ging ik op bezoek bij minister Zalm van Financiën. Het was 27 april 2006. De dag ervoor was ik benoemd tot wethouder. Toen ik instapte, zei de chauffeur: ‘Nee meneer Asscher, dat is mijn deur.’ Niet dat ik op zijn plaats wilde gaan zitten, maar hij stond erop het portier voor mij open te doen. Beroepseer.

Ik was op weg naar mijn vuurdoop. Ik moest Zalm gaan vertellen dat Amsterdam zijn steun aan de beursgang van Schiphol introk. Dat hadden we afgesproken in het programma-akkoord met GroenLinks. Aan mij de taak het de minister mee te delen. Onzekerder of ik het wel kon, wethouder zijn van Amsterdam, heb ik me daarna niet meer gevoeld.

Ik meldde me bij de secretaresse van Zalm, die me vervolgens overdroeg aan een kamerheer, een man in een pak met lange jaspanden die me in een kamertje parkeerde. Ik dacht: wat is dit voor gedoe? Ik heb een afspraak met Zalm, kan ik daar niet gewoon naartoe? Maar ja, hier in het stadhuis werkt het precies zo. Dat wist ik alleen nog niet. Het is ook heel verstandig, die man kan nooit zijn werk doen als iedereen binnen wandelt.

Zalm had zijn huiswerk goed gedaan. Toen ik zijn kamer binnenkwam, zei hij meteen: ‘Zo meneer Asscher, u bent een romanticus. U houdt van Mahler. U komt uit een muzikale familie.’ Hij had de website van de PvdA Amsterdam ondersteboven gekeerd. Zalm is een professional in alles.

Hij was gewend dat Amsterdamse politici een grote mond hebben. Maar ook dat Amsterdam, eenmaal aan tafel bij de minister, een toontje lager zong. Zalm dacht duidelijk: die blaas ik omver. Toen hij in de gaten kreeg dat ik geen krimp gaf, ging hij pushen. De Tweede Kamer had er al mee ingestemd, de Eerste Kamer was een formaliteit. Bovendien had hij een afspraak met mijn voorganger. Zwart op wit.

Ik dacht: laat hem maar praten. Rustig blijven, vriendelijk glimlachen, beleefd blijven. Er stond voor hem veel op het spel. Het was zijn laatste grote ding. Het was indrukwekkend, die grote kamer, zijn reputatie, dat tak, tak, tak, tak, tak – alle feiten op een rijtje. Op een gegeven moment dacht ik: het lijkt wel of jij nerveuzer bent dan ik.

De weken daarna ging Zalm druk uitoefenen via de media. Amsterdam had een typisch links bestuur, een riskant links bestuur dat de economie kapot maakte. We hadden er niets van begrepen. Ook de pers zag dat zo. Politiek verslaggever Frits Wester van RTL Nieuws omschreef het in besloten kring als jeugdpuistjespolitiek.

Het was verschrikkelijk spannend, de druk was groot. Het Financieele Dagblad meldde dat Amsterdam geen geld zou krijgen voor de Zuidas en de Tweede Zeesluis als we niet zouden meewerken aan de privatisering van Schiphol.

Zalm uitte zijn dreigementen nooit rechtstreeks. Hij zei: ‘Lodewijk, je begrijpt dat ik nooit zou dreigen met het intrekken van middelen vanwege het dossier-Schiphol. Dat zou helemaal niet netjes zijn. Maar je begrijpt natuurlijk ook dat ik er niet echt meer mijn best voor ga doen.’ En dan barstte hij in hard lachen uit. Ik zei op mijn beurt dat ik er helemaal niets van begreep.

Gewiekst
Het werd me steeds duidelijker hoe intelligent, volhardend en gewiekst die man is. Ik had mijn secretaresse gezegd dat afspraken met Zalm zo veel mogelijk op de lange baan moesten worden geschoven. Maar zodra er één dag een vervangende secretaresse was, stond er een afspraak met Zalm in mijn agenda. Ambtenaren van het ministerie Financiën stuurden belangrijke brieven over Schiphol als ik vakantie had, en probeerden er afspraken aan te koppelen met een vervangende wethouder.

Allerlei mensen begonnen zich ertegenaan te bemoeien. Wilco Jiskoot, die bij ABN Amro jarenlang aan de lopende band grote bedrijven naar de beurs had gebracht, kwam vertellen dat de beursgang onvermijdelijk was. Ik zie hem nog zitten op de bank in mijn werkkamer. Minzaam glimlachend informeerde hij naar mijn ambities voor na de politiek.

Jan Kalff, voorzitter van de raad van commissarissen van Schiphol, belde vanuit zijn auto. Hij was woest. ’Meneer Asscher, ik heb in 27 jaar bedrijfsleven nog nooit zoiets schandelijks meegemaakt. U hebt geen idee wat voor schade u aanricht bij het bedrijf Schiphol.’

Anderen kwamen naar het stadhuis om hun verhaal te doen. Pieter Verboom, de hoogste financiële man van Schiphol, ontplofte aan mijn tafel. Het grappige is dat ik lang heb gedacht dat er op een dag iemand zou langskomen die me zou kunnen overtuigen van het nut van een beursgang. Lang dacht ik: die mannen zijn stuk voor stuk 100 miljoen euro waard, dat kán toch niet zomaar zijn.

Alle presentaties vielen tegen. Ja, het zou geld opleveren, Amsterdam zou er 200 miljoen euro aan hebben verdiend, maar je kunt je aandelen maar één keer verkopen. Niemand kwam verder dan een verhaal over de tucht van de markt. En voor het personeel zou het ook veel leuker zijn om voor een beursgenoteerde onderneming te werken.

Maar wat zou het betekenen voor onze economie? Voor de Amsterdammers? Voor de inwoners van de omringende gemeenten? Het is nu al moeilijk genoeg om de geluidsoverlast, de groei en het aantal vliegbewegingen binnen de perken te houden. Hoe kan een geprivatiseerde luchthaven én meer geld én een efficiënter bedrijf opleveren?

Ik maakte kennis met het grootkapitaal. Het old boys network dat de dienst uitmaakt. De minachting en de onderschatting van de politiek die dat netwerk uitstraalt, vond ik schokkend. Dat is slecht voor het land. Ze dachten allemaal: ach, een vlieg op de neus, even wegjagen.’

Zo’n Jan Kalff die door de telefoon begint te schelden. Alsof hij tegen een ondergeschikte vijfde rang even uitlegde hoe het werkt in de grote zakenwereld. Dat is toch de houding in dat wereldje.

Ik heb dat wel vaker meegemaakt. In de tijd dat ABN Amro vocht voor zijn voortbestaan, had ik iets gezegd over de risico’s die werden genomen met een Amsterdams bedrijf. De volgende ochtend hing Rijkman Groenink aan de lijn, terwijl hij volgens mij in die tijd wel wat beters te doen had. Bent u econoom?, vroeg hij. Ik zeg: nee. Hij: dat dacht ik al. Ging hij even uitleggen wat ik niet goed deed. Dan denk ik: vind je het gek dat jullie aanzien hier en daar wat kreukels vertoont.

De belangen bij een Schipholbeursgang zijn enorm. Van de private sector, van de bankwereld. Ook van de politiek. Op een gegeven moment mag dat niet meer worden gestopt. Er zit zo veel geld in. Zo veel politiek kapitaal en echt kapitaal dat de afwegingen erdoor worden vertroebeld. Het is een risico als die netwerken zo nauw zijn verweven. Daar ben ik van geschrokken. Ik ben er linkser van geworden.

Uiteindelijk kreeg ik een topambtenaar van Zalm op bezoek. Ietwat beschroomd vroeg hij of er niet toch een mogelijkheid was om te bewegen. ‘De minister zit er heel persoonlijk in. Het zou een vreselijke teleurstelling zijn als hij aan het einde van zo prachtige carrière dit niet voor elkaar krijgt. Hij is er al jaren mee bezig.’

Kort daarna werd ik een laatste keer ontboden op het ministerie. Na vijf minuten riep Zalm de kamerheer, die ik een half jaar eerder voor het eerst had gezien, en liet een fles whisky brengen. ‘Laten we er maar een borrel op drinken’, zei de minister. Het was 3 uur ’s middags. ‘Op Fidel Castro aan de Amstel.’

Na zijn nederlaag ging Zalm in beroep. Een minister kan een besluit van een lokale gemeente vernietigen. De rechter moest er een uitspraak over doen. Zo ver kwam het niet. Het kabinet viel in de zomer van 2006 en in het nieuwe regeerakkoord werd opgenomen dat de beursgang van Schiphol van de baan was.

Uit de anonimiteit
Mijn vader schrok toen ik de politiek in wilde. Omdat het me uit de anonimiteit zou halen. En anonimiteit beschermt. De oorlog heeft diepe sporen getrokken door mijn familie. Mijn grootouders zijn overlevenden van Bergen-Belsen, mijn vader is als baby ondergedoken en kwam als kleuter weer bij zijn ouders, die hij niet kende. Op school las hij over de voorzitter van de Joodsche Raad, zijn grootvader, die ook Abraham Asscher heette.

Mijn overgrootvader is veel verweten. Na de oorlog werd het de leden van de Joodsche Raad zwaar aangerekend dat ze hadden bijgedragen aan het lot van de Amsterdamse Joden. Vooral het feit dat de Joodsche Raad het persoonsarchief aan de Duitsers had overhandigd, telde zwaar.

Ik heb er veel over gepraat met mijn grootvader en mijn vader. Mijn grootvader sprak er afstandelijk over, hij heeft zijn vader altijd verdedigd. Die emotie, die behoefte kan ik goed begrijpen. Ik heb de verhoren met mijn overgrootvader gelezen. Mijn vermoeden is dat het niet een heel slechte man was, maar wel naïef. Naïef en ijdel. Hij dacht dat hij de Joodse Amsterdammers kon beschermen door het contact met de bezetter goed te houden, maar de gevolgen waren verschrikkelijk.

De betekenis ervan voor mij is vooral de opdracht om te proberen dat ik altijd mijn eigen oordeel moet vormen. Altijd beredeneren, wat mijn standpunt is, desnoods tien keer opnieuw. Als je een goed mens wilt zijn, moet je voor je oordelen kunnen staan. Dat is de les die ik eruit probeer te trekken.

Ik ben gefascineerd door het contrast tussen makkelijke en moeilijke keuzen. De ultieme opdracht voor de politiek is je telkens afvragen of je niet de gemakkelijkste weg kiest. Ga niet voor het makkelijke scoren. Probeer je te disciplineren. Organiseer tegenspraak.

Ik ben niet het jongetje dat alles goed wil maken. Mijn drijfveren zitten dieper. Het jongetje dat alles goed wil maken, stelt zijn leven in het teken van het compenseren van wat er toen is gebeurd. Het prachtige gedicht van Ischa Meijer daarover hoort bij die generatie. Ik ben dat jongetje niet, ik ben van een generatie later.

Iets van het schuldgevoel van de overlevenden is wel doorgesijpeld. Het gevoel dat je in je leven… Het klinkt bijna te zwaar… dat je moet laten zien dat het de moeite waard is dat je er bent. Het is niet vanzelfsprekend dat ik ben opgegroeid in vrede en veiligheid. Daar moet ik iets mee doen. De overlevenden van de oorlog hebben zich vaak afgevraagd: waarom ik? Dat heb ik natuurlijk niet, maar ik ben wel doordrongen van het besef dat het allemaal niet zo vanzelfsprekend is. Daarom vind ik dat je keihard moet werken.

Tot gek wordens toe
Onze samenleving is complex, als wethouder zit je er tot gek wordens toe middenin. Ik kan vier jaar lang elke dag vullen met belangwekkende bestuurlijke overleggen van de G2 tot en met de G40, dat zijn bijeenkomsten met 2 tot 40 gemeenten. Je kunt regionaal overleggen, subregionaal, bovenregionaal. Er zijn stuurgroepen, werkgroepen, derde tranche, vierde tranche, dat zijn fases in de uitvoering van beleid – daar kun je nog moe van worden ook en je hebt geen snars bereikt. We vergaderen ons suf – het is ongekend.

Ik wil daar uitbreken. Het lukt lang niet altijd. Je hebt verplichtingen, je moet een beetje fatsoenlijk zijn tegenover anderen, ik kan niet zeggen: ik vergader niet. Het zijn allemaal belangrijke dingen met belangrijke mensen. Dat is vaak het criterium: belangrijk onderwerp, veel geld, veel mensen. Daar moet je naartoe. Mijn criterium is: wat kan ik daar bereiken? Wie heeft er wat aan dat ik aanschuif? Daar komt vaak geen antwoord op.

Weet je wat ook zo vermoeiend is? Competentiestrijd. De discussie: daar ga jij niet over. Of: de procedure klopt niet. Dan denk ik: kunnen we daar niet in één keer overheen springen? Dan kunnen we het hebben over hoe we het probleem aanpakken.

Mijn strategie is om vijf dingen tegelijkertijd uit te proberen. Dan maar tegen een conflict aanlopen. Ik zou het niet uit kunnen staan dat ik straks wegga en tot de conclusie moet komen: voor mij tien anderen, het heeft niks uit gemaakt. Ik oog geduldig, maar ik ben heel ongeduldig. Ik heb haast, morgen kan het voorbij zijn.

Ik ben op mijn best als er strijd is. Strijd tegen onrecht. Strijd in de meest klassieke zin van het woord. Niet het spel, de strijd. Ik ben wat dat betreft zwaar op de hand. Ik heb liever dat ik ploeter en vecht tegen onrecht, dan dat ik een mooi spel speel en win. Kinderen in de verdrukking, slachtoffers van vrouwenhandel – dan heb ik veel energie en creativiteit om er wat tegen te doen.

Ik kom ze vaak tegen, bestuurders die het hebben over de derde tranche in plaats van te zeggen: dit is het probleem, dat is de oplossing, we moeten het zo aanpakken. Je moet de stad niet als een technocraat managen. Ik vind dat walgelijk. Door dat soort bestuurders blijven kiezers weg. Politiek is niet moreel neutraal, politiek is je idealen najagen.

Het klopt dat juist veel PvdA’ers wordt verweten dat ze technocraten zijn. Een bestuurderspartij heeft de producten daarvan, sommigen kunnen alleen nog maar denken als bestuurder. Maar ik kom ook veel partijgenoten tegen die hunkeren naar idealisme. Veel van mijn generatiegenoten hebben dit vak niet gekozen omdat ze het carrièretechnisch handig vinden. Er zitten zo veel risico’s aan, waarom zou je?

Vier van de vijf doordeweekse dagen ga ik tussendoor naar huis. Samen eten, mijn kinderen in bed leggen. Dat relativeert de politiek. Als ik thuis ben, glijdt alles van me af. Vrijdagmiddag ben ik altijd met de jongens, dan haal ik ze van de crèche. Heb ik nog nooit afgezegd. Ik heb één keer de ochtend genomen in plaats van de middag. Daar rust ik geweldig van uit. Er zijn altijd belangrijke dingen en belangrijke mensen, maar dit gaat voor.

Als je moe bent of als het even te goed gaat, sluipt er arrogantie in, ben je niet meer empatisch tegenover mensen met wie je werkt. Als ik me daarop betrap, heb ik een hekel aan mezelf. De mensen met wie ik werk, wijzen me daarop. En anders mijn vrouw wel, zij is het meest kritisch van allemaal. En goede vrienden die zeggen: wat was dat voor een raar optreden?

Ik zit in een rare wereld. Het komt voor dat mensen overmatig veel complimenten uitdelen. Als je dan niet genoeg uitgerust bent, kun je er zomaar in gaan geloven. Dat is een gevaar in dit vak.

Ik was 31 toen ik wethouder werd, ik heb gigantisch op mijn tenen moeten lopen. Er valt nog een hoop te leren. Ik toon soms te weinig emotie, al gaat het steeds beter. Ik vind het moeilijk om op de Bühne emotie te tonen. Ik ben er beter in als ik direct met mensen praat. Hoeveel durf je bloot te geven? Ik wil mijn eigen wereld beschermen, ook om fris te blijven. Maar ik wil ook vertellen wie ik ben. Dat hoort bij mijn bestaan als politicus. Daar worstel ik mee.

CV
1974 Geboren op 27 september, Amsterdam
1992 Eindexamen gymnasium, Den Haag
1995 Propedeuse psychologie, Universiteit van Amsterdam
1998 Doctoraal rechten, UvA
2002 Doctor in de communicatiegrondrechten, UvA
2002 2006 Universitair docent en onderzoeker informatierecht, UvA
2002 2006 Lid van de gemeenteraad (PvdA) in Amsterdam
2004 2006 Fractievoorzitter PvdA
2006 heden Wethouder (financiën, economische zaken, jeugd en onderwijs) en PvdA-leider Amsterdam

Lodewijk Asscher is getrouwd en heeft twee zonen.

zondag, januari 24, 2010

Het verschil tussen "niet strafbaar" en "onschuldig"

Schitterende column van Desanne van Brederode over de Vrijheid van meningsuiting

Vrijheid van meningsuiting is een groot goed. Daar zijn voor- en tegenstanders van Geert Wilders het over eens. De tegenstanders vinden daarnaast ook dat wie met zijn meningen aanzet tot discriminatie en zelfs haat, misbruik van zijn vrijheidsrechten maakt. Wilders beweert dat hij nooit iemand heeft willen beledigen. Wat hij over Koran en Islam heeft gezegd is gewoon waar, en wat waar is kan toch niet strafbaar zijn? Dat klinkt aannemelijk. Een Bijbelgetrouwe gelovige kan zich diep gekrenkt voelen door wetenschappers die beweren dat God de wereld niet in zes dagen schiep, maar de wetenschappers beledigen niemand opzettelijk; bewijzen voor de geldigheid van de evolutietheorie in overvloed. Het zijn de strenggelovigen zelf, die de theorie uitleggen als provocatie.
Maar nu dit: een vrouw klaagt bij haar huisarts over hartkloppingen, en krijgt te horen dat ze te dik is. Deze onaangename waarheid, die ze zelf allang kende, moet worden benoemd: afvallen is namelijk de enige remedie. Stel nu, dat dezelfde vrouw een belangrijke maatschappelijke functie bekleedt. Ze is te gast is in een talkshow, en opeens, middenin het vraaggesprek over haar werk, zegt de interviewer: ‘U bent te dik.’ Daarmee zegt hij feitelijk niets anders dan de arts. Toch is de waarheid in deze setting uiterst pijnlijk. Wanneer het fragment in andere programma’s ook nog eens regelmatig wordt herhaald, wanneer de vrouw voortaan overal wordt bejegend met een mengeling van meewarigheid en leedvermaak, kan de psychische last zo groot worden dat ze haar carrière moet afbreken. De interviewer heeft mevrouw geen lelijk varken genoemd, hij heeft de neutrale aanduiding ‘ te dik’ gebruikt en dus niet eens ‘moddervet’; hij sprak gewoon de waarheid. Niet strafbaar, wel ondermijnend.
Toen Heleen van Royen de bekentenissen over hoerenbezoek en cocaïnegebruik van de Amsterdamse PvdA- wethouder Rob Oudkerk in Het Parool onthulde, onthulde ze niets dan de hele waarheid. Had Oudkerk in het kroeggesprek met de schrijfster voorzichtiger moeten zijn? Of had Van Royen zich juist moeten inhouden? Dienden de onthullingen een publiek belang, of maakten ze nodeloos veel kapot? Ik geloof dat hier geen eenduidig antwoord op bestaat. De waarheid kennen is één ding, maar wat je met die kennis doet, en hoe, bepaalt of je het predicaat ‘integer’ waardig bent. Daarbij: iedereen die kan nadenken, beseft dat begrippen als waarheid, vrijheid en rechtvaardigheid steeds opnieuw moeten worden gedefinieerd om spraakverwarring en misbruik te voorkomen. Als er morgen een wetenschapper opstaat die heeft uitgerekend dat de massamoorden en hongersnoden in de afgelopen eeuw enorme milieurampen hebben voorkomen, aangezien ze de wereldwijde bevolkingsgroei toch enigszins indamden, dan lijkt protest mij gerechtvaardigd – ook al toont onafhankelijk onderzoek aan dat de man gelijk heeft. De waarheid mag dan misschien niet strafbaar zijn, maar ‘niet strafbaar’ betekent niet automatisch ‘onschuldig’. En precies deze nuance laat Wilders weg. Dat is beledigend. Niet voor moslims, niet voor de juristen in de rechtszaal, maar voor alle potentiële PVV-stemmers. Die vindt hij kennelijk dom genoeg om ze keer op keer te kunnen paaien met de halve waarheid.

zaterdag, januari 23, 2010

Weg met het gewauwel, werk aan de winkel!

Mooi slot van de column van Marjolijn Februari in de VK: ".. Nederland verkeert in een economische
situatie waarin ondernemingszin en daadkracht hoogst welkom zijn. Maar in plaats daarvan hebben we ons overgegeven aan een commentatorencultus, met een commentaar-partij en een vrije-meningsuiting-rechtszaak. Niet dat deze situatie de schuld is van de PVV: haar tegenstanders behoren net zo goed tot die cultuur, net als de praatprogramma’s en de onderzoeksburo’s. Maar wie het verslag leest dat journaliste Karen Geurtsen schreef van haar infiltratie bij de PVV, ziet hoe deze partij wel grandioos weet in te spelen op de commentaarcultuur.
Niet voor niets blijft partijleider Wilders zo ver als mogelijk weg van de praktijk; hij is geen politicus, hij is een columnist.
Weg met het gewauwel, werk aan de winkel!" Uit het hart gegrepen.

dinsdag, januari 05, 2010

Den Weissen Band

Ander voornemen: 12 films in 2010. Te beginnen met Das Weissen Band. Een film die volgens de verteller een licht op de geschiedenis van Duitsland werpt. En de vraag wat dat licht dan wel is blijft vervolgens hangen.
Kinderen die heimelijk in verzet komen tegen een knellend regiem van kerk en adel. Ouders die achter de deur alles doen wat god verboden heeft en buitenshuis de heiligheid zelf evenaren. Een jonge leraar, die als een combinatie van miss Marple en pastoor Odekerke de gebeurtenissen probeert te achterhalen, maar over zijn oren verliefd raakt op een minderjarige en aandoenlijke oppas. Kinderen onder zijn hoede kan hij niet meer doorgronden. Dat kan niet goed gaan en het is niet goedgegaan.
Je kinderen van een witte band te voorzien teneinde aan onschuld en reinheid herinnerd te worden: een stigma dat tot het bot vernederend werkt, het vormt een onheilspellende kiem. Beklemmend.

Meer geluk dan wijsheid.




Als je een paar miljard apen willekeurig wat laat typen komt er hoogstwaarschijnlijk bij een aap een prachtig verhaal uit de printer. Als je maar genoeg handelaren laat gokken op de beurs, en je kijkt alleen naar degene die overblijven en niet down gaan krijg je snel het idee dat succes verzekerd is. "Fooled by Randomness" is dit fenomeen benoemd door Nassim Nicholas Taleb. Hij wekt de indruk dat kennis van zaken niet meer bestaat. Het boek staat echter naast deze extreme gedachte boordevol met interessante inzichten. Onder andere deze, wat je fooled door noise kan noemen: Hoe vaker iemand checkt hoe de aandelen koersen ervoor staat hoe ongelukkiger hij hiervan wordt. Vertaald naar nieuws: News wordt naar mate de frequentie oploopt overwoekert door Noise. Meer informatie leidt eerder tot minder dan tot meer kennis. Kijken we een keer per jaar naar het nieuws, dan blijkt de verhouding noise vs news 0.7 staat tot 1. Bekijkt men elke seconden hetnews, dan is de verhouding 1 staat tot 1.796. Van het meeste news wordt de gemddelde mens ongelukkiger (negatief nieuws heeft 2,5 keer zoveel impact als positief nieuws). En dit alleen al verklaard waarom we in Nederland er minder vrolijk van worden.
Ga een goed boek lezen is zijn advies en laat de krant maar even links liggen. Goed voornemen voor 2010: elke maand een boek.